|
Voor de afwatering van het Waterschap Huininga – Meerland werd een windmolen gebruikt, in 1886 is het gebouw met de stoommachine geplaatst. De aandrijving van de stoommachine naar de windmolenvijzel geschiede via een tussenliggende aandrijfas. Het stoomgemaal had een Cornwall-ketel met 4 Galloway-pijpen met een verwarmingsoppervlak van 25 m². De horizontaal liggende machine van 15 Pk werkte met condensatie en verstelbare expansie en bracht de grootste vijzel van de watermolen in beweging wanneer de wind ongunstig was of het water was gestegen tot M.2.78 + W.P. De afwatering geschiede door bemaling op een in noordelijke richting lopende watering naar het Koediep. Bron: Dorpsbelangen Oostwold Deze poldermolen stond iets ten Oosten van Midwolda, maar viel officieel wel onder Oostwold. De molen had een vlucht van 23 meter en dreef 2 vijzels aan van 1,54 en 1,20 meter. In 1886 werd een hulpgemaal naast de molen gebouwd. Dit betekende dus niet het einde van de molen! Het gemaal werd slechts in werking gesteld bij ongunstige wind en als het peil tot 50 centimeter boven het vastgestelde polderpeil was gestegen. De op de foto afgebeelde molenaar Geert Feikens was dus tevens machinist In 1891 werd de molen zelfs nog voorzien van zelfzwichting. De poldermolen was een seinmolen. Overdag werd bij het bereiken van het peil de wieken 'overkruis' gezet, 's nachts werd de rode lantaarn omhoog getrokken. De molen is in 1921 gesloopt en samen met het in 1886 geplaatste stoomhulpgemaal vervangen door een elektrisch gemaal Bron: Molendatabase |